Het lokale veld van sociaal beleid en wijkbeleid is in korte tijd drastisch veranderd. De lokale sociale sector is verzakelijkt, gedecentraliseerd en gemodelleerd naar het idee van actief burgerschap, zoals verwoord in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Deze ontwikkelingen hebben grote gevolgen voor de positie van sociale professionals in buurten. Zij moeten zich meer met het beleid verbinden, resultaatgericht werken, klantgericht zijn en eropaf gaan. Die omslag blijkt in de praktijk niet altijd even gemakkelijk.
Uit Samenspel in de buurt blijkt dat beleidsmakers, managers en uitvoerende professionals het redelijk eens zijn over de richting van lokaal sociaal beleid: nadruk op eigen en gezamenlijke verantwoordelijkheid van burgers voor hun directe leefomgeving en een faciliterende en stimulerende rol voor overheid en instellingen. De problemen liggen veeleer op het terrein van de beleidsuitvoering. Deze blijkt vaak rommelig, verwarrend en onbevredigend. Veel van het beleid is te kenmerken als georganiseerde discontinuïteit. Verder ontbreekt het in de onderzochte wijken vaak aan lokale kennis. Inzicht in de sociale dynamiek en problematiek van afzonderlijke wijken is vaak afwezig.
Samenspel in de buurt verhaalt van het gelijknamige onderzoek in verschillende buurten naar het samenspel van uitvoerende professionals, managers en ambtenaren. Het verhaal van het onderzoek wordt verdiept door reflecties, betogen en aanbevelingen. Zo geven de auteurs een boeiende kijk op de worsteling om sociaal beleid neer te leggen bij de lokale overheid, de burgers, de professionals en de markt.
Inge Scheijmans, Hans van Ewijk en Vincent de Waal zijn verbonden aan het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht. Katja van Vliet is verbonden aan het Verwey-Jonker Instituut.
Dit is een uitgave van Uitgeverij SWP
Zie ook Wmo to go. Dit is een gearchiveerde website.