In dit PEWA-rapport wordt verslag gedaan van een inventariserend onderzoek naar de positie en opvang van jeugdige nieuwkomers in de leef-tijd van 12 tot 18 jaar. Dit onderzoek vond plaats op verzoek van het ministerie van VWS. Aanleiding waren signalen die wezen op problemen rond deze groepering in het voortgezet onderwijs. In dit rapport wordt aandacht besteed aan de kenmerken en problemen van de jeugdige nieuwkomers, de wijze waarop zij in Nederland worden opgevangen en de knelpunten bij de opvang.
Een deel van het probleem betreft de grote toename van aantallen nieuwkomers in het onderwijs. Dit betekent dat gemeenten en scholen meer aandacht aan deze categorie moeten besteden: meer geld, meer opvangklassen, meer docenten, meer coördinatie en organisatie. Een ander deel van het probleem betreft de enorme diversiteit in achtergrond van de leerlingen en in het bijzonder de specifieke problematiek die vluchtelingen en asielzoekers kunnen hebben.
De 12-18 jarige nieuwkomers waren nog niet eerder onderwerp van studie geweest in Nederland. Deze studie geeft een eerste schets van de positie van deze categorie jeugdige nieuwkomers. Achtereenvolgens wordt aandacht besteed aan ontwikkelingen in de migratie, de samenstelling van de categorie 12-18 jarige nieuwkomers, hun opleidingsniveau, de positie in het voortgezet onderwijs, problemen die zich bij 12-18 jarige nieuwkomers kunnen voordoen, de beleidskaders waaronder zij vallen, de organisatie van het onderwijs voor deze groep. Tevens worden enkele projecten beschreven die speciaal voor deze categorie zijn ontwikkeld. Na de samenvatting volgen conclusies en mogelijkheden voor onderwijs- en welzijnsbeleid.